Onze Dieren

De boer en zijn dieren

Een boerderij zonder dieren is ondenkbaar. We hebben daarom onze best gedaan een gezelschap dieren bij elkaar te zoeken dat past bij een kleine boerderij als Maasjesland is. Kijk maar rond. We hebben koeien, geiten, schapen, kippen, een kat en een hond. 

Onze koeien zijn Dahomey Dwergrunderen. Dit ras komt oorspronkelijk uit Benin, dat vroeger Dahomey werd genoemd. Toch ogen ze niet exotisch en passen ze goed in het Nederlandse landschap. Met een schofthoogte van maximaal 110 (stier) en 100 centimeter (koe) zijn ze beduidend kleiner dan de koeien die we nu gewend zijn. Stieren zijn niet zwaarder dan 350 kilo en een koe heeft een maximum gewicht van 260 kilo (ongeveer de helft van een volwassen Hollandse koe). Ze zijn taai, hebben een hoge levensverwachting en kunnen zomer en winter buiten. Natuurlijk hebben ze wel een stal, waar ze naar believen in en uit kunnen lopen.

De geiten zijn Toggenburger geiten. Dit geitenras staat bekend om zijn goede melkproductie, maar wij hebben ze gewoon omdat het zo'n mooie geit is. Langharig of kortharig, met of zonder hoorns, groot of middelgroot, met de van oorsprong Zwitserse Toggenburger is heel wat afgefokt. Zoveel zelfs dat de melkgeit met de markante kop wel zestig kleurschakeringen kent in het hele scala van lichtbruin en muisgrijs tot en met zwart. Om de kleur aan te duiden worden – niet zo vreemd – melkhoudende dranken genoemd: van koffie verkeerd tot en met drinkchocolade.

De schaapjes zijn Ouessant schapen. De Ouessant is het kleinste schapenras ter wereld; voor de rammen geldt een maximale schofthoogte van 49 cm en ze wegen omstreeks 20 kg, de ooien zijn 46 cm en wegen zo’n 14 kg. Ze zijn daardoor gemakkelijk te hanteren, ook als je het in je eentje zou moeten doen. Het is tevens een natuurlijk ras: gezonde dieren, waar weinig ziekten bij voorkomen, ze lammeren gemakkelijk af en hebben overwegend een goede melkgift. Het zijn sobere dieren, die gehouden kunnen worden op een relatief klein oppervlak. De lammetjes hebben geen groter plezier dan wanneer ze achter kippen aan kunnen jagen.

Sinds kort zijn er ook twee varkentjes op de boerderij. Het is een oud Engels ras, Tamworth. Het meest opvallende kenmerk van de Tamworth is zijn grote winterhardheid; het ras doet het goed in meer noordelijke gebieden. Het dier is niet alleen sterk en robuust, maar is ook uitermate geschikt om in bossen te grazen omdat ze zich ook met varens kunnen voeden.

Kippen, een hond en een kat maken de veestapel compleet.